woensdag 23 april 2008

Only restaurations.

Revolutie is nog steeds een hip woord in bepaalde kringen. De links-intellectuele man en vrouw gelijk nemen het woord te pas en te onpas in de mond. Maar aan veel 'gewone' mensen is de revolutie niet besteed, hoewel ze heel veel te vertellen hebben over de kwalijke veranderingen van de maatschappij in de laatste twintig of meer jaren. Als je dan luistert naar de inhoud van hun klaagzangen op het leven dan hebben die in feite niet veel gemeen met een revolutie, behalve het feit dat ze een grote verandering wensen te zien. Verandering hoort bij revolutie. Maar het is niet genoeg om een verandering te willen om te kunnen spreken van een revolutie.

Het woord revolutie, etymologisch afkomstig van het Latijnse woord voor omwentelen, is wat zijn betekenis betreft intrinsiek gelinkt met de gewelddadige omverwerping van een maatschappij die intrinsiek als de vijand wordt beschouwd. De uitvoering van een revolutie betekent nietm inder dan de vernietiging van alle oude machtsstructuren en de verandering en radicalisering van de instituties. Voor wie ooit Marx en/of Lenin gelezen heeft is dat volledig duidelijk. Zoals Marx schreef in een brief naar de Communistische Liga in de nasleep van het revolutionaire jaar 1848: "De vernietiging van de invloed van de bourgeois democraten op de werkers, onmiddelijke onafhankelijke en gewapende organisatie van de werkers en het afdwingen van zeer moeilijke en comprommiterende omstandigheden van de onvermijdbare tijdelijke regering van de burgerlijke democratie - dit zijn de hoofdpunten welke het proletariaat en de liga voor ogen moeten houden..." Dat is natuurlijk nog maar de eerste fase van de revolutie, meer geweld zal nodig zijn en latere marxisten (van de eerste golf) gingen nog veel verder met hun gewelddadige voorspellingen en bezweringen. Vele mensen vandaag willen net dit geweld zien gebeuren, zij zijn vol vuur en willen, desnoods manu militari, de goden en de hemelen zien branden omdat zij zoveel lijden. Maar een verandering met gewelddadige middelen is nog steeds niet voldoende om van een revolutie te kunnen spreken.



De revolutie is gericht op het realiseren van een voorheen ongerealiseerde maatschappij. Zij is, in dialectische bewoordingen, de absolute antithese. Zij bevestigt niets en wil alles anders. Zij, de huidige klagende klasse in het westen, die zo vol zijn over de noodzaak van verandering, zij verlaten hier het pad van de revolutie. Zij willen hun I-pods, hun pc's, hun concerten, hun vrijheid en alle materiƫle en symbolische voordelen van de multiculturele democratische maatschappij, maar zij zijn tegelijk toch zo ongelukkig over de donkere zijde van die samenleving. Weg met de criminaliteit, weg met de vreemdeling, weg met de stagnatie en weg met de spirituele leegte. Weg met de liberale excessen van de nieuwe levensstijl, weg met de onvermijdelijke gevolgen die de vrijheid van meningsuiting en levensovertuiging met zich meebrengen. Zij willen geen revolutie maar een restauratie. De maatschappij moet er weer gaan uitzien zoals vijftig jaar geleden, zij moet gehomogeniseerd worden. De cake is te veel verkruimeld met exotische smaken. We moeten weer een goede ouwe appelcake krijgen.

Appelcake is de revolutie vreemd. "En als we geweld moeten gebruiken om die maatschappelijke homogeniteit te krijgen dan moet dat maar.", denken velen, "Neem ons onze verworvenheden maar af, zodat we onze verworvenheden kunnen houden." Of nog beter: we nemen ze onszelf wel af, want enig wantrouwen ten opzichte van de gevestigde orde is er natuurlijk ook nog. Dat is een tijdloos gegeven, even tijdloos als de ontevredenheid zelf. De Brabantse boerenopstanden van het einde van de 18e eeuw: restauratie. De Vlaamse ontevredenheidsopstaanden van het begin van de 21ste eeuw: restauratie. In de ogen van velen heeft het democratisch participatieve model zijn beste tijd gehad. Moeten we misschien terug naar de Leviathan van Hobbes? Ongetwijfeld zouden velen instemmend antwoorden.

Maar er is ook hoop te putten uit dit hele gegeven. Het voornaamste is dat er geen onverschilligheid is, dat er een zekere dynamiek is. Wie kan het beter verwoorden dan de filosoof met de hamer, die besnorde nar en fratsenmaker Friedrich Nietzsche: "De hoofdzaak is niet dat ze "terug" willen, maar dat ze - weg willen. Een beetje meer kracht, bevlogenheid, moed en artistieke kracht, en ze zouden omhoog willen - niet terug!" (Voorbij goed en kwaad, hfdst 1, 10, mijn vertaling) Een beetje meer artistieke kracht om het allesverslindende extreme conservatisme tegen te gaan, de ergotherapeuten en kunstleraren onder ons zullen het alvast graag horen. Laat ons hopen dat een dergelijk verkunstingsproces werkt, want veel andere uitwegen zien wij niet meer.

Geen opmerkingen: