zaterdag 8 februari 2014

Vulling.


Zwaan, zwaar van amechtig smachten,
Zweef, zeil, hemel, ga je vleugels gebruiken,
Op het lege land kan niets je wachten,
Vooruit, vort, we laten later,
Wel nog eens lenteruikers ontluiken,
Her en der.

Maar niet nu want, serieus echt waar,
Er barst een dieptebom in de trog,
De conservepotten dansen rond het deken,
Knalkapot aan vlees en epidermis,
Wie nog lacht, lacht al ongetwijfeld tevergeefs,
Want ze hebben speren en uzi’s,
En oprecht geloof in bloed en bonen,
En dode apen voor bloedtransfusies,
Legioenen.

Zie je, het is niet het moment,
Om te kussen en te steken en te zuchten,
En te likken, en te kreunen en te kozen,
En liefde is een begin, maar duurt ook
Niet tot het einde en,
Ik ben een volwassen man,
En ik heb heel wat te doen,
Zoals,
Zoals, mijn hele leven vullen,
En het dan heel goed gevuld,
Achten, amai.

Geen opmerkingen: